Zo glad als een aal
Net na zonsondergang verzamelt een groep van vijf vrijwilligers zich bij de monding van het Haringvliet. Gewapend met laarzen, hoofdlampen en een kruisnet tellen ze de glasaaltjes: piepkleine, bijna doorzichtige jonge palingen die na een indrukwekkende reis van 6.000 kilometer uit de Sargassozee onze kust bereiken.
Tussen februari en juni houden honderden vrijwilligers bij hoeveel glasaaltjes het zoete water langs de Nederlandse kust proberen
te bereiken. Ze vissen twee keer per week met een kruisnet en tellen alles wat erin zit: glasaaltjes, stekelbaarsjes en soms onverwachte bijvangst.
De data die zij verzamelen wordt gedeeld door natuurorganisatie RAVON aan waterschap Hollandse Delta.“De paling is een kwetsbare soort die op zijn weg naar opgroeigebieden. Vaak wordt ze tegengehouden door sluizen, gemalen of dijken,” vertelt Rien Stolk, adviseur Aquatische Ecologie van het waterschap. “We hebben daarom een vismigratieplan vastgesteld waarbij we vijf vismigratieroutes gaan realiseren - met de paling als een van de gidssoorten.”
De gegevens van RAVON en de vrijwilligers laten precies zien waar het knelt. “Na de aanleg van een vispassage kunnen we via dezelfde monitoring controleren of die daadwerkelijk werkt. Zo meten we de impact van wat we doen.” Met hulp van vrijwilligers en
slimme aanpassingen werkt het waterschap aan wateren die beter toegankelijk zijn voor vissen – en dus aan een gezonder watersysteem voor iedereen.
