Water moet schoon zijn en voldoende zuurstof hebben voor de vissen en (water)planten.Ook is het belangrijk dat water makkelijk kan doorstromen in een rivier of sloot. om deze redenen voeren medewerkers van het waterschap verschillende werkzaamheden uit in een natuurgebied. Lees hieronder wat wij doen en waarom.

Bloemen langs de waterkant

Maaien

Om  te voorkomen dat er geen doorstroming in een watergang meer is, zal begroeiing verwijderd moeten worden. Soms meerdere malen per jaar. Een dichtgegroeid watersysteem kan zuurstofloos worden waardoor de vis- en microfauna kan sterven. Bij het maaien houden wij rekening met de Wet Natuurbescherming.

Uitdunnen en snoeien

Uitdunnen of snoeien is nodig om houtopslag te voorkomen. In principe beperkt het waterschap zich tot snoeien, uitdunnen en verwijderen van dood hout. De locaties van houtopslag moeten beheersbaar blijven in aantal en omvang (hoogte en omtrek). Bosachtige situaties zoals het ontstaan een moeras- of broekbos wil het waterschap voorkomen. Dat belemmert onderhoud aan en het functioneren van een waterberging of watergang

Kappen en versnipperen

Soms is het kappen van bomen noodzakelijk. Bijvoorbeeld bij ernstige beschadiging na een storm of als een boom ziek is. Maar ook als een boom onderhoudswerkzaamheden (ver)hindert of gevaar voor weggebruikers oplevert, dan wordt preventief gekapt. De boom worden door een aannemer in delen verzaagd en versnipperd. De aannemer verzorgt ook de afvoer van het verzaagde materiaal. Waar mogelijk geven wij aan wat er gebeurt en waarom.

Frezen

Een grondfrees wordt gebruikt om de wortels van een gekapte struik of boom uit de grond te verwijderen. Soms is het niet mogelijk om deze techniek toe te passen. Aan een frees zit meestal een tractor vast. Die kan niet overal komen. bijvoorbeeld als de grond te slap of nat is. Of als verwijdering een risico voor de waterveiligheid oplevert. Dan moet verwijdering op een andere manier plaatsvinden.